201. Wapenkussen van Adriaen Jonghknecht als lid wegens Enkhuizen van het College ter Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier
Beschrijving:
Op een donkerblauw fond staat een wapenschild met aanziende helm, dekkleden en linten onderaan. Achter het schild en daarboven en onder uitkomend de gekruiste ankers van de Admiraliteit, met in kapitalen het devies van de Admiraliteit, P P P, voor Pugno Pro Patria (ik strijd voor het vaderland), en middenboven de E van Enkhuizen. In het midden het gevierendeelde wapen van Adriaen Jonghknecht, gecommitteerde voor Enkhuizen bij de Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier: 1 een schuinbalk beladen met zeven zespuntige sterren, waarboven een leeuw; 2 drie meerbladen; 3 een kruis; 4 een vierkante egge schuinrechts geplaatst; als helmteken een uitkomende leeuw.1 Onderaan, verdeeld over de twee hoeken, het jaartal 1661.
Commentaar:
De Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier, een van de vijf admiraliteitscolleges, zetelde bij toerbeurt in Enkhuizen en in Hoorn. In dit college hadden vanaf het begin in 1597 zeven gecommitteerde raden zitting. Hiervan werden er vier door Holland benoemd en drie door de andere provincies. In de loop der tijd werd het ledental verhoogd tot elf, waarvan zes benoemd door Holland en steeds één door elk van de provincies Gelderland, Zeeland, Utrecht, Friesland en Overijssel.2
Het kussen werd gemaakt voor Mr. Adriaen Jonghknecht (overleden in 1679), wiens persoonlijke wapen is ingeweven en die bij de Resolutie van Holland van 20 januari 1660 werd benoemd tot gecommitteerde voor Enkhuizen in het College ter Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier en vervolgens deze functie bekleedde tot 7 maart 1662.3 Adriaen Cornelisz Jonghknecht was schepen van Enkhuizen in 1652, 1654 en 1656 en burgemeester van Enkhuizen in 1657, 1659 en 1665.4
Cat. 201 werd vervaardigd in de Noordelijke Nederlanden, misschien te Delft door Maximiliaan van der Gucht. Van der Gucht, van wie bekend is dat hij wapenkussens leverde aan verschillende bestuurscolleges verspreid over het land, kreeg in 1661 (het jaar dat cat. 201 werd gemaakt) ook de opdracht voor een reeks wandtapijten voor de Raadkamer van het Admiraliteitsgebouw van de Admiraliteit Amsterdam.5
Van verschillende van de admiraliteitscolleges zijn nog wapenkussens in tapisserie overgeleverd. Op geen van deze kussens is echter een persoonlijk wapen van een gecommitteerde ingeweven. cat. 201 is het enige bekende kussen van een lid van de Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier.
Conditie:
Met enige slijtage, vooral in het wapen.
Cat. 201
wandtapijtweverij van Anoniem Delft (city) 1661
Wapenkussen van Adriaen Jonghknecht als lid wegens Enkhuizen van het College ter Admiraliteit in West-Friesland en het Noorderkwartier, 1661
Parijs, Den Haag, Vorden (Gelderland), particuliere collectie Victor de (jhr.mr.) Stuers, inv./cat.nr. TP 022
Notes
1 Voor het wapen is hier gebruik gemaakt van de wapenkaart van de leden van het stadsbestuur van Enkhuizen in 1666 in Brandt, Centen 1971, voor p. 281, en de beschrijvingen in Honig 1885, pp. 24-25 en De Nederlandsche Leeuw 1924, kol. 20. De details van het wapen op cat. 201 zijn echter vanwege slijtage niet erg goed te onderscheiden.
2 De Hullu 1924, pp. 57-60. Deze uitbreiding van leden is in ieder geval reeds in 1739 gerealiseerd.
3 Inventaris collectie Victor de Stuers, Tapisseries, nr. 22. Tevens http://resources.huygens.knaw.nl/repertoriumambtsdragersambtenaren1428-1861/app/personen/3501, geraadpleegd 2-5-2023.
4 Brandt, Van den Hoof 1666, pp. 71, 72, 74.
5 Zie verder bij cat 32-a-b, Het Scheepvaartmuseum, Amsterdam.