Corpus Wandtapijten in Nederland

RKD STUDIES

197. Maria met het Kind op de maansikkel tussen twee engelen (antependium)


Beschrijving:
Op een rood fond, tussen vanuit de benedenhoeken schuin naar boven slingerende groene ranken met bloemen en bloemknoppen, zweeft Maria centraal in de voorstelling. Zij staat op een maansikkel, waarvan de uiteinden naar boven wijzen, met daaronder een kleine bruine draak. Haar lichaam is omgeven door een grote krans van golvende lichtstralen. Ze heeft een kroon op haar door een aureool omgeven hoofd met lange blonde haren en is gekleed in een blauwe mantel over een gewaad van rode stof met een visgraatstructuur en een witte kraag. In haar rechterhand houdt ze een appel en op haar linkerhand, op een witte geplooide doek, zit het naakte Christuskind, met om zijn hoofd een aureool. Aan weerszijden wordt Maria geflankeerd door twee zwevende engelen, met veelkleurige vleugels en halflange blonde haren, die zijn gekleed in lange, hooggesloten witte gewaden. Ze houden ieder met hun beide handen een lange dunne, brandende witte kaars naast Maria en het Kind, waarnaar de engel rechts ook zijn blik richt, terwijl de engel links in de richting van de beschouwer kijkt.

Rondom lopen een smalle beige rand en een lichtbruine boord, die beide later werden toegevoegd.

Commentaar:
Dit zestiende-eeuwse antependium met Maria met het Kind op de maansikkel tussen twee engelen was bedoeld om aan de voorzijde van een altaar te worden gehangen. Het werd in 1876 door Victor de Stuers (1843-1916) gekocht bij een kunsthandel in Brussel. In 1903 onderging cat. 197 een restauratie in Parijs. Daarbij werden rondom delen aangeweven volgens een tekening van de met De Stuers bevriende invloedrijke architect P.J.H. (Pierre) Cuypers (1827-1921), onder meer een belangrijk restaurator van middeleeuwse kerken in Nederland.1 De latere aanvullingen zijn met name aan de onderzijde en langs de zijkanten tegenwoordig goed te onderscheiden, daar ze sterker zijn verbleekt dan de rest. Het is hierbij onduidelijk of de, ietwat onhandig vormgegeven, kleine draak onder de maansikkel oorspronkelijk ook onderdeel was van de voorstelling of dat het een toevoeging was van Cuypers. In de zestiende eeuw komt de figuur van Maria op de maansikkel wel meer voor in combinatie met een draak, maar vaker met alleen een maansikkel en soms ook met alleen een draak.2

De verschillende onderdelen van de voorstelling van cat. 197 hebben symbolische betekenissen die er vooral in de zestiende eeuw aan werden toegekend. Zo is de maansikkel onder de voeten van Maria het symbool van kuisheid.3 Maria staand op een slang of een draak verwijst naar de rol die haar door de kerk werd toegekend van degene die de mensheid verloste van de 'zonde van Eva'.4 De appel die Maria op cat. 197 in haar rechterhand houdt, zal eveneens verwijzen naar de verlossing van deze erfzonde.5 De ranken links en rechts zullen symbool staan voor de boom van Jesse, de stamboom van Christus en een attribuut van Maria.6 De witte kaarsen die door de twee engelen, boodschappers van God7, aan weerszijden naast Maria met het Kind worden gehouden, zijn offerkaarsen of devotiekaarsen die in de rooms-katholieke kerk voor het altaar worden aangestoken om een persoonlijk gebed te begeleiden. De brandende kaars is daarbij ook het symbool van het licht van het geloof.8 Via de blik in de richting van de beschouwer zal de engel links dus de gelovigen uitnodigen tot gebed aan Maria en het Christuskind.

Een aan die op cat. 197 vergelijkbare figuur van Maria met het Kind op de maansikkel, ook met een draak daaronder, maar met het Kind in een andere houding op de andere arm, staat centraal op een antependium in de collectie van het Metropolitan Museum of Art in New York, dat voor het overige ook anders is vormgegeven dan cat. 197.9 Maria zweeft daar voor een achtergrond van een blauw damastpatroon met granaatappelmotief en wordt geflankeerd door de vrouwelijke heiligen Catharina van Alexandrië en Barbara die op heuveltjes staan. Dat antependium is afkomstig uit het begijnhof van Sint-Truiden, samen met een bijbehorend exemplaar met daarop de heiligen Maria Magdalena, Agnes en Elisabet van Hongarije dat zich tegenwoordig bevindt in The Burrell Collection in Glasgow.10 Deze twee antependia uit omstreeks 1525-1550 worden vanwege hun herkomst wel toegeschreven aan een werkplaats in Sint-Truiden, waarvan uit archiefmateriaal bekend is dat er een uitgebreide productie van wandtapijten, maar dan met verdures, plaats vond aan het eind van de vijftiende eeuw en gedurende de zestiende eeuw.11

Cat. 197 zal eveneens zijn vervaardigd in de Zuidelijke Nederlanden in de eerste helft van de zestiende eeuw, maar het productiecentrum is vooralsnog niet nader te bepalen.

Conditie:
Restauratie door L. de la Forest & Mans, Boulevard Malesherbes 14 te Parijs, met rondom een nieuw geweven aanvulling van afgesneden partijen naar een tekening van P.J.H. Cuypers, 1903. De later toegevoegde delen aan de onderzijde en aan de zijkanten zijn sterker verbleekt dan de rest.

Cat. 197
wandtapijtweverij van Anoniem Southern Netherlands (hist. region) ca. 1500-1550 naar ontwerp van Anoniem ca. 1500-1550
Maria met het Kind op de maansikkel tussen twee engelen (antependium), ca. 1500-1550
Parijs, Den Haag, Vorden (Gelderland), particuliere collectie Victor de (jhr.mr.) Stuers


Notes

1 Inventaris collectie Victor de Stuers, Tapisseries, nr. 4.

2 Zie Hall 1996, pp. 211, 218.

3 Idem, pp. 211, 216, 218.

4 Idem, pp. 6, 218.

5 Idem, p. 221.

6 Ibidem.

7 Hall 1996, p. 100.

8 Idem, p. 176.

9 Zie Cavallo 1993, cat. 51.

10 Zie Cleland, Karafel 2017, cat. 120.

11 Cavallo 1993, cat. 51; Delmarcel 1999, p. 79; Brosens 2008, p. 224; Cleland, Karafel 2017, cat. 120.

Cookies disclaimer

While surfing the internet, your preferences are remembered by cookies. Cookies are small text files placed on a pc, tablet or cell phone each time you open a webpage. Cookies are used to improve your user experience by anonymously monitoring web visits. By browsing this website, you agree to the placement of cookies.
I agree