178. Kussen met het wapen van de Admiraliteit op de Maze
Beschrijving:
Midden in een ruwe zee met schuimkoppen is de Hollandse leeuw geplaatst, met in één klauw zeven pijlen en in de andere klauw een zwaard en staand op de gekruiste ankers van de Admiraliteit. Op de achtergrond zijn twee havenhoofden zichtbaar en in de lucht schijnen zon, maan en sterren tegelijk. In de cartouche midden boven staat in beige letters op een bruine ondergrond de inscriptie: AOD.M, afkorting van Admiraliteit op de Maze. Onder de ankers staat links en rechts het jaartal 17 09.
Commentaar:
In 1597 werden door de Staten-Generaal vijf Admiraliteitscolleges ingesteld, die tot 1795 in functie zouden blijven. Deze admiraliteiten - Amsterdam, 'Maze' te Rotterdam, Zeeland te Middelburg, Friesland te Dokkum en Noorderkwartier te Enkhuizen en Hoorn - waren belast met het krijgswezen op zee.
Voor de raadkamer van het nieuwe Admiraliteitsgebouw van de Admiraliteit op de Maze te Rotterdam, dat in 1644 werd opgeleverd, werden in 1645 wandtapijten gemaakt door de tapijtwever meester Jan Jansz Segers uit Gouda.1 Tien jaar later leverde deze zelfde wever acht 'Tapyt-Cussenbladeren' aan het Admiraliteitscollege en in 1659 nog eens twintig kussenbladen, in twee verschillende kwaliteiten, met daarop het wapen van de Admiraliteit op de Maze, voor 'in 's Lands gestoelte in de Kercke' te Rotterdam.2
Cat. 178, dat van een halve eeuw na de laatste kussenleverantie van Seghers dateert, is het enige nu nog bekende wapenkussen van de Admiraliteit op de Maze. Het is niet bekend of hiervoor hetzelfde patroon werd gebruikt als van de kussens van Jan Jansz Seghers. Ook zijn er geen gegevens over de wever. Mogelijk zijn ze toe te schrijven aan een zekere Willem Overklijff, waarschijnlijk werkzaam te Rotterdam, die tien jaar eerder, in 1699, door de burgemeesters van Rotterdam betaald werd voor de leverantie van kussenbladen met het wapen van Rotterdam.3 Een andere mogelijkheid is Catharina Verbeeck, waarschijnlijk ook een Rotterdamse, die eind 1697 tapisserie kussens leverde aan de Rotterdamse magistraat.4 Voorbeelden van andere werkplaatsen in de Noordelijke Nederlanden die rond 1709 wapenkussens maakten zijn die van Alexander Baert te Amsterdam, Gouda en Den Haag, Zacharias van Eck te Gouda en François Coppens te Delft.
Van de Admiraliteit Amsterdam zijn eveneens nog enkele wapenkussens overgeleverd.5 Cat. 178 verschilt daarmee dat de Hollandse leeuw, staand op de gekruiste ankers van de Admiraliteit, in een zeelandschap is geplaatst en niet in een Hollandse tuin.
Het Rijksmuseum Amsterdam bezit nog een kussenblad met het wapen van de Admiraliteit Zeeland uit 1670.6
Conditie:
Met vele herstellingen.
Cat. 178
wandtapijtweverij van Anoniem Northern Netherlands (hist. region) 1709 naar ontwerp van Anoniem Northern Netherlands (hist. region) 1709
Kussen met het wapen van de Admiraliteit op de Maze, 1709
Rotterdam, Museum Rotterdam, inv./cat.nr. 20540
Notes
1 Leupe 1877-1878, pp. 132-136; Van Ysselsteyn 1936, I, p. 195; Idem, II, nrs. 581-582, 584-587, 590-591. Deze wandtapijten, met jachtvoorstellingen, werden in 1826 wegens slijtage vervangen door papierbehang. Van Reyn 1869, pp. 243-244.
2 Leupe 1879-1880, pp. 17-18; Van Ysselsteyn 1936, II, nrs. 642, 655.
3 Göbel 1923a, I, 1, p. 537; Van Ysselsteyn 1936, II, nr. 838.
4 Göbel 1923a, I, 1, p. 537. Zie ook bij cat. 187-a-c, Centraal Museum, Utrecht.
5 Zoals twee kussens in Het Scheepvaartmuseum te Amsterdam, cat. 32.
6 Rijksmuseum Amsterdam, inv. BK-15788. Burgers 1990, pp. 49, 51; Hartkamp-Jonxis, Smit 2004, cat. 78.