135. Landschapsverdure met een voorstelling uit de Metamorfosen van Ovidius: Apollo en een nimf (Coronis?)
Beschrijving:
In een heuvelachtig en bebost landschap bevinden zich op de voorgrond, tussen een met een klimplant begroeide boom en een grote bloeiende plant, twee figuren. Links zit een vrouw met haar rechterhand tegen haar borst. Ze is gekleed in een wit en lichtblauw gewaad met losjes daarover een goudgele mantel gedrapeerd. Rechts van haar staat Apollo, de zonnegod, met een stralenkrans rond zijn hoofd en met zijn attribuut de lier onder zijn linkerarm. Hij draagt een wapperende, blauwe mantel over zijn roodbruine kuras met goudkleurige decoratie, een lichtblauwe tuniek, een blauwe broek en sandalen. Met zijn rechterarm wijst Apollo naar de vrouw. Boven de hoofden van de figuren, tussen de bladeren van de boom links, kijkt een witte vogel met zwarte poten en snavel en een bruinrode staart naar beneden. Midden links is een doorkijkje naar een boerderij en de ruïnes van een kasteel in de verte en heuvels in het verschiet.
Rondom lopen boorden met op een fond in twee tinten bruin gestapelde en geschakelde voluten met bladvormen, vazen, bloemen en vogels, eindigend in de twee bovenhoeken in een baldakijn. In het midden van elke boord schelpvormen met gekruiste pijlenkokers en fakkels. Aan de binnenzijde van de boorden is een smal boordje in twee tinten beige.
Commentaar:
Op dit wandtapijt, waarschijnlijk afkomstig uit een reeks landschapsverdures met voorstellingen uit de Metamorfosen van Ovidius, is de zonnegod Apollo met zijn attribuut de lier afgebeeld in zijn hoedanigheid van beschermgod van de dichtkunst en de muziek en als leider van de Muzen. De zittende vrouw naast hem is mogelijk een van zijn geliefden, want Apollo was verwikkeld in meerdere liefdesgeschiedenissen. Zonder duidelijke attributen is echter moeilijk te zeggen op welk van deze verhalen de voorstelling van cat. 135 betrekking heeft.
Vanwege de aanwezigheid van de witte vogel, met zwarte poten en snavel en een bruinrode staart, is hier mogelijk een scène uit het verhaal van Apollo en Coronis (Ovidius' Metamorfosen 2: 542-632) voorgesteld.1 Apollo's geliefde, prinses Coronis was van hem in verwachting maar verliet hem voor iemand anders. Apollo kreeg dit nieuws te horen van een witte kraai die hij de opdracht had gegeven om op haar te passen. Hij vervloekte de kraai die daarop zwart werd en hij doodde vervolgens Coronis met een pijl.
Een mogelijke identificatie van het hier afgebeelde onderwerp, eerder geopperd door Kalf,2 met een scène uit het verhaal van Apollo en Clytië (Ovidius' Metamorfosen 4: 206-270),3 lijkt minder waarschijnlijk door de afwezigheid van de goudsbloem of de zonnebloem waarin Clytië (of Clytia) veranderde toen ze wegkwijnde omdat Apollo haar liefde niet beantwoordde.
Het is ook mogelijk dat er geen specifieke vrouwenfiguur werd bedoeld, maar een verder niet bij naam genoemde nimf, zoals in een beschrijving van een wandtapijt met daer Apollo met een Nimphe is uit een in 1699 door Jan Cobus en Jacob I van der Borcht (Jaques vander Beurcht) te Brussel geweven reeks naar een 'patron nouveau' met Groen met figurkens uyt den Ovidius. Hetzelfde tapijt werd overigens ook Apollon avec les nimphes genoemd. De reeks Groen met figurkens uyt den Ovidius (Verdures avec des figures du Metamorphose d'Ovide) bestond uit 6 voorstellingen: Parnassus Bergh (les neuf Muses), Juno en Eccho (où Echo amuse Juno pendant que Jupiter se divertit avec les nimphes), Perseus en Andromeda (où Andromède est attachée à la roche, et delivrée par Persée), Apollo (daer Apollo met een Nimphe is/ Apollon avec les nimphes), Hercules (où Hercule tire après l'aigle), Leda met de swaen (où Jupiter transformé en signe (cygne), vient auprès Lede).4 Deze reeks werd verhandeld door de tapijthandel van Nicolaas Naulaerts in Antwerpen, waarvan bekend is dat hij dezelfde tapijtreeksen door verschillende werkplaatsen te Brussel, Antwerpen en Oudenaarde liet uitvoeren. Tevens is gebleken dat ook door de werkplaats van Alexander Baert te Amsterdam tapijtreeksen werden vervaardigd waarvan de kartons oorspronkelijk voor Naulaerts waren gemaakt, zoals de Vier Werelddelen naar ontwerpen van Lodewijk van Schoor en Pieter Spierinckx, waarvan zich een reeks bevindt in het stadhuis van Leeuwarden.5
Cat. 135
wandtapijtweverij van Weduwe Alexander Baert en soonen naar ontwerp van Ludovicus van Schoor naar ontwerp van Pieter Spierinckx
Landschapsverdure met een voorstelling uit de Metamorfosen van Ovidius: Apollo en een nimf (Coronis?), ca. 1725-1750
Kampen (plaats, Overijssel), Stedelijk Museum Kampen, inv./cat.nr. Inv. 1691
De voorstelling van cat. 135 lijkt te zijn afgeleid van een ontwerp voor een wandtapijt met Apollo en een nimf in een boslandschap in het National Museum of Scotland te Edinburgh dat is voorzien van het stadsmerk van Brussel en de initialen van Gerard Peemans (1637/1639-1725).6 (afb. a) Hierop figureren dezelfde personages als op cat. 135, maar de voorstelling is meer uitgewerkt en heeft een ander en uitgebreider landschap. Ook zijn er veel verschillen in de details, zoals de andere houdingen van de figuren, de aanwezigheid van Amor naast Apollo en een ongeïdentificeerd voorwerp in de hand van de vrouwenfiguur.
Mogelijk werd cat. 135 geweven naar ontwerpen van Lodewijk van Schoor voor de figuren, en van Pieter Spierinckx voor de landschappen, zoals de aan cat. 135 verwante wandtapijten met de Vier Werelddelen, waarvan gedocumenteerd is dat ze door deze kunstenaars zijn ontworpen.7
De compositie, het landschap en het type bomen, de grote planten op de voorgrond, het doorkijkje naar een kasteel, de kleding en de plaatsing van de figuren op de voorgrond van cat. 135 zijn verwant aan landschapsverdures vervaardigd in Oudenaarde. De uitvoering is echter iets grover en schematischer dan vergelijkbare tapijten uit Oudenaarde8 en ook de boorden zijn niet van een Oudenaards type.
Dezelfde boorden als van cat. 135 komen voor bij meerdere bekende reeksen wandtapijten met de signatuur van de werkplaats van Alexander Baert te Amsterdam, zoals twee reeksen met de Vier Werelddelen.9 Ook de wijze van uitvoeren, met de typerende schematische weergave van de figuren, en het soort figuren, heeft verwantschap met onder meer de reeksen door Alexander Baert in de stadhuizen van Leeuwarden en Enkhuizen.10 Bovendien komt veel van de figuur van Apollo op cat. 135 rechtstreeks terug bij Monarchia uit de Vier Werelddelen, geheel links voorgesteld op het wandtapijt met Europa in het stadhuis van Leeuwarden, zoals het deels gedraaide hoofd met blonde krullen omgeven door een stralenkrans, de stand van de benen, de gebogen vorm van het kuras en de wijd uitlopende mouw rond de uitgestrekte rechterarm.11 Ook de houding van de zittende vrouwenfiguur op cat. 135 komt deels overeen met die van de personificatie van de rijkdom op het wandtapijt met De allegorie van de rijkdom in de weesmeesterenkamer van het stadhuis van Enkhuizen (cat. 106-d).
Hoewel de meeste bekende wandtapijten van de werkplaats van de familie Baert zijn geweven op een linnen ketting,12 bestaan er tevens wandtapijten met de signatuur van Baert die evenals cat. 135 een wollen ketting hebben, zoals twee landschapsverdures in het Rijksmuseum te Amsterdam.13
In de lijst van wandtapijten die zich in 1752 bevonden in de werkplaats te Amsterdam van de weduwe Alexander Baert, opgemaakt voor de veiling van haar nalatenschap, zijn twee keer vermeldingen van: 'Een kamer verbeeldende eenige historien uyt Ovidius, met groote beelden'.14 Uit de toevoeging 'met groote beelden' kan worden geconcludeerd dat er ook een reeks met kleine figuren in haar werkplaats werd gemaakt, waarvan echter geen exemplaren meer aanwezig waren toen ze overleed. Mogelijk behoorde cat. 135 daartoe.15
De mogelijkheid van een leverantie van een wandtapijt voor het raadhuis van Kampen door Alexander Baert en zijn erfgenamen, lijkt nog te worden vergroot door het feit dat deze werkplaats over een periode van meer dan vijftig jaar zakelijke contacten in de provincie Overijssel onderhield, zoals blijkt uit de regelmatige leveranties van wapenkussens voor de Gedeputeerde Staten van Overijssel tussen 1705 en 1758.16 Ook het kussen met het wapen van Overijssel in bezit van het Stedelijk Museum Kampen, dat is voorzien van het jaartal 1730 (cat. 136), werd vervaardigd door de Weduwe Alexander Baert en zonen.
Een door Göbel afgebeeld wandtapijt uit omstreeks 1745 met hetzelfde type boorden als cat. 135, heeft in de hoofdvoorstelling, met kaartspelende boeren in een parklandschap, de ingeweven signatuur van de Weduwe G. Werniers en het stadsmerk van Lille (Rijsel).17 Wat de verklaring is voor het feit dat hetzelfde boordtype kan voorkomen rond wandtapijten die gesigneerd zijn door verschillende werkplaatsen, is nog onduidelijk. Met name omdat het landschap op het Rijselse tapijt geen verwantschap heeft met dat van cat. 135, lijkt de mogelijkheid van een vervaardiging in Rijsel voor het wandtapijt in Kampen minder aannemelijk.
Sinds wanneer cat. 135 zich in het raadhuis van Kampen bevindt, hoe het er is gekomen en of het oorspronkelijk misschien onderdeel was van een volledige tapijtreeks in bezit van het Kampense stadsbestuur, is niet bekend. In 1873 schreef Victor de Stuers in 'Holland op zijn smalst' over het raadhuis te Kampen: 'Een fraai Parijsch gobelin dient er als vloerkleed', waarmee hij dit wandtapijt bedoeld zal hebben.18 Waarschijnlijk werd er echter niet of nauwelijks over gelopen, maar hield dit gebruik verband met het ook elders toegepaste ceremonieel bij huwelijkinzegeningen om op de vloer voor het bruidspaar een wandtapijt te leggen.19 Uit een raadsbesluit van Burgemeester en Wethouders van Kampen van 3 juli 1876 blijkt dat dan een voorstel van stadsarchivaris Mr. J. Nanninga Uitterdijk onder voorbehoud is goedgekeurd om 'de gobelin, die thans op den vloer der nieuwe raadzaal eene minder doelmatige bergplaats vindt, na op een houten raam te zijn gespannen, tegen den achterwand van het voorste gedeelte van het oude raadhuis te plaatsen.'20 Het tapijt hangt tegenwoordig aan de wand in de trouwzaal van het nieuwe raadhuis, daterend uit de 19de eeuw, waar het omstreeks 1945 werd opgenomen in de wandbetimmering.
Conditie:
Goed. Het buitenste randje van de boord wordt bedekt door een houten omlijsting.
Afb. a
wandtapijtweverij van Gerard Peemans naar ontwerp van Anoniem Brussels ca. 1637-1725
Apollo en een nimf in een boslandschap, ca. 1637-1725
Edinburgh (stad, Schotland), National Museum of Scotland
Notes
1 Zie Hall 1996, p. 28.
2 Kalf 1972-1973, pp. 204-205.
3 Zie Hall 1996, p. 380.
4 Memoriael Naulaerts, Antwerpen, 1699 (27 juni, 30 juli, 14 september) en 1704 (17 juni). Zie Denucé 1936, pp. 129, 137, 139, 244-245.
5 Zie cat. 152-a-d, Stadhuis Leeuwarden.
6 Inv. A.1937.712. Kalf 1972-1973, p. 204, afb. 2.
7 Zie bij cat. 152-a-d, Stadhuis Leeuwarden.
8 Zie bijvoorbeeld de landschapsverdures met voorstellingen uit de Metamorfosen in Huis Eerde te Ommen, cat. 165-a-d.
9 Een reeks van zes tapijten in de collectie van de stad Parijs. Niclausse 1948, pp. 83-86, cat. 168-173, pl. LII-LIII. Een andere reeks van zes Werelddelen, waarvan één met de datering 1735, oorspronkelijk uit een huis aan de Prinsengracht (oud nr. 96) in Amsterdam, werd geveild bij J. Schulman, Brakke Grond, Amsterdam, 16-18 februari 1897, nr. 793 (pl. IV-V). Zie ook cat. 152-a-d, Kalf nr. 122, Stadhuis Leeuwarden. Een fragment van eenzelfde boord, met de signatuur ABAERT. AMST en het jaartal 1724 is in een particuliere collectie. Kalf 1972-1973, afb. 6, p. 211.
10 Zie cat. 152-a-d, Kalf nr. 122, Stadhuis Leeuwarden en cat. 165-a-d, Kalf nr. 123, Stadhuis Enkhuizen.
11 Zie cat. 152-b, Kalf nr. 122, Stadhuis Leeuwarden.
12 Zie bijvoorbeeld cat. 106, Stadhuis Enkhuizen en cat. 152-a-d, Stadhuis Leeuwarden.
13 Inv. BK-KOG-3A-B. Hartkamp-Jonxis, Smit 2004, cat. 65-ab.
14 Van Eeghen 1969, p. 125.
15 Een toeschrijving van cat. 135 aan de Weduwe Alexander Baert en zonen werd eerder ook voorgesteld in Kalf 1972, pp. 17-22 en Kalf 1972-1973, pp. 203-213.
16 Mensema 1986, pp. 29-30. Zie ook cat. 211, Stedelijk Museum, Zwolle.
17 Particuliere collectie, Duitsland. Göbel 1923a, I, 2, afb. 465.
18 De Stuers 1873, p. 360.
19 Zie hiervoor de afbeelding bij cat. 38-a-e, Waalse Kerk, Amsterdam: Bernard Picart, Mariage chez les Reformez à Amsterdam uit 1730.
20 Stadsarchief Kampen, bibliotheek, Handelingen van den Raad der gemeente Kampen, 3 juli 1876.