133. Kussen met het wapen van Gouda
Beschrijving:
Naar hetzelfde karton geweven als cat. 116-b (Stadhuis Gouda, zie daar verder) met bovenlinks en bovenrechts: 17 62 en onderaan op de banderol: WILLEM VANDER HOEVE.
Commentaar:
Dit kussen van de vroedschap van Gouda werd gemaakt voor Willem Frederiksz van der Hoeve (1727-na 1795), lid van de vroedschap vanaf 1762, als directe opvolger van zijn vader Mr. Frederik van der Hoeve, tot 1795.1 In dat jaar moest hij met financiële schulden uit Gouda vluchten voor de Patriotten. Hij bekleedde vele belangrijke functies, was verschillende jaren schepen en zeven keer burgemeester van Gouda in de periode 1781-1793.
Cat. 133 werd gemaakt in de Noordelijke Nederlanden door de werkplaats van de Weduwe Alexander Baert en zonen te Amsterdam. Op 31 december 1762 werd aan de Weduwe Alexander Baert en zonen een kwitantie voldaan voor het weven van drie tapisserie kussenbladen voor de vroedschappen van Gouda, waaronder ongetwijfeld cat. 133, voor een bedrag van f 30,- per stuk. Daar bovenop kwam per kussen nog f 1,- voor het schilderen van het patroon met de naam van het betreffende lid van de vroedschap voor op de banderol.2 Tot dezelfde opdracht zal ook het Goudse vroedschapskussen van Mr. Martinus van Toulon behoren, in bezit van Museum Gouda, dat naar hetzelfde karton als cat. 133 is geweven en eveneens is voorzien van het jaartal 1762 (zie cat. 114).3 De kussens werden in januari 1763 opgemaakt door Jacomina Boëtius, die tussen 1749 en 1763 verschillende tapisserie kussenbladen van de Weduwe Baert en zonen voor de stad Gouda tot kussens maakte. Tenslotte kon Willem van der Hoeve, in het dagboek dat hij over zijn lidmaatschap van de Goudse vroedschap bijhield van 31 december 1761 tot 19 februari 1788, ruim een jaar na zijn aantreden noteren: '27 Januari [1763]. Ontfangen 't Stadskussen met mijn naam daarop, gegeven tot een fooy 3 gl.'4
Twee aan cat. 133 identieke wapenkussens, allebei met de naam van Willem van der Hoeve en het jaartal 1762, werden in 2006 in Amsterdam geveild.5 Dit is enigszins bevreemdend, aangezien Van der Hoeve in zijn dagboek slechts melding maakte van één 'stadskussen' met zijn naam en er bovendien geen andere voorbeelden bekend zijn van reeksen Goudse vroedschapskussens met zowel dezelfde persoonsnaam als hetzelfde jaartal. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat Willem van der Hoeve voor eigen gebruik en voor eigen kosten nabestellingen van zijn vroedschapskussen heeft laten maken.
In 1922, en opnieuw in 1924, werd er in Amsterdam een vroedschapskussen van Gouda met de naam 'Dr. Willem van der Hoeve' en het jaartal 1748 geveild.6 Dat kussen behoorde toe aan de oom waar Willem van der Hoeve naar was vernoemd, en die van 1748 tot 1776 lid was van de vroedschap van Gouda.7
Conditie:
Restauratie door de Stichting Werkplaats tot herstel van Antieke Textiel te Haarlem, 1984. Hierbij werden de franje en het donkergroene laken van de achterzijde vernieuwd.
Cat. 133
wandtapijtweverij van Weduwe Alexander Baert en soonen naar ontwerp van Anoniem Amsterdam (city) 1762
Kussen met het wapen van Gouda, 1762
Nijenhuis (landgoed, Wijhe), Hannema-de Stuers Fundatie, inv./cat.nr. 1467 St. 77-21
Notes
1 Smit 1957, p. 871; De Jong 1985, pp. 348-349.
2 Van Ysselsteyn 1936, II, nr. 955.
3 Voor andere naar hetzelfde karton als cat. 133 vervaardigde exemplaren, zie bij cat. 116-b, Stadhuis Gouda.
4 Smit 1957, p. 103. Het interessante dagboek van Willem van der Hoeve, dat veel informatie bevat over het reilen en zeilen van de vroedschap van Gouda in de tweede helft van de achttiende eeuw, bevindt zich in het Gemeente Archief van Gouda. In de jaren 1932-1936 werd het van commentaar voorzien door Dr.Mr. J. Smit (1884-1952) en in 147 artikelen in de Goudsche Courant gepubliceerd. Deze werden samen met een ongepubliceerde aanvulling in 1957 in boekvorm uitgegeven door de Oudheidkundige Kring 'Die Goude'.
5 Veiling Amsterdam, Sotheby's, 11 april 2006, nr. 32, met kl. afb.
6 Veiling Amsterdam, Frederik Muller & Cie, 2-5 mei 1922, nr. 580, met afb.; Veiling Amsterdam, Frederik Muller & Cie, 25 november 1924, nr. 924, met afb. Huidige verblijfplaats onbekend. Er is in 1748 een leverantie aan de stad Gouda gedocumenteerd van drie tapisserie kussens door de Weduwe Alexander Baert en zonen. Van Ysselsteyn 1936, II, p. 418, nr. 946.
7 De Jong 1985, p. 350.