96. Vier verguld houten armstoelen met bekleding in tapisserie met gestrikte bloemboeketten en arrangementen van bloemen
Beschrijving:
De tapisserie van de vier armstoelen heeft een ivoorwit fond, met op de ruggen daarop in het midden een met een lint samengebonden rechtstandig bloemboeket, dat per stoel verschilt en op de zittingen een iets onder het midden geplaatst horizontaal arrangement van bloemen, met aan de zijkanten en in het midden iets hogere bloemen, dat eveneens van elke stoel anders is. De armleggers hebben tapisserie met een bladertak met een rode bloem, die overal hetzelfde is.
Cat. 96-a: het boeket op de rug is samengesteld uit verschillende bloemen in meerdere kleuren zoals rozen, een tulp en centraal een rode papaver en is onderaan gebonden en gestrikt met een roze lint; op de zitting is een horizontaal arrangement van verschillende rode, witte en gele bloemen.
Cat. 96-b: het boeket op de rug bestaat uit verschillende bloemen waaronder meerdere rozen en is onderaan geknoopt met een zwierig roze lint zonder strik; op de zitting is een arrangement van verschillende roze, rode, witte en gele bloemen, met in het midden een opstaande tak met roze rozen.
Cat. 96-c: in het uitbundige boeket op de rug zijn verschillende bloemen, zoals meerdere grote rozen, samengebonden met een roze strik; op de zitting is een arrangement van verschillende roze, witte en gele bloemen, zoals een roos en een tulp, met links een rode papaver.
Cat. 96-d: op de rug zijn verschillende bloemen zoals rozen, anemonen en blauwe winde met een roze strik samengebonden tot een boeket; op de zitting is een arrangement van verschillende rode, witte en gele bloemen.
Commentaar:
Deze vier bij elkaar horende verguld houten armstoelen, waarvan drie zich bevinden in de Gele Salon van Huis Doorn en één in de Salon van Hermine, zullen hebben behoord tot een uitgebreider ameublement dat oorspronkelijk bestond uit twee canapés en twaalf armstoelen.1 Hiervan zijn tegenwoordig ook nog twee armstoelen en een canapé in Slot Sanssouci te Potsdam bewaard.2
Waarschijnlijk waren cat. 96-a-d en de bijbehorende meubelen in Sanssouci onderdeel van het ameublement in tapisserie dat door de Franse koning Lodewijk XVI (1754-1793) werd geschonken aan prins Hendrik van Pruisen (1726-1802), de broer van Frederik de Grote (1712-1786), koning van Pruisen, bij diens bezoek van 17 augustus tot 31 oktober 1784 aan Parijs onder de schuilnaam Comte d'Oels.
Het diplomatieke geschenk van Lodewijk XVI aan prins Hendrik bestond verder uit een reeks van zes wandtapijten met De Geschiedenis van Don Quichotte, vier wandtapijten uit de Tenture de Boucher met voorstellingen van Amours des Dieux in medaillons, vier Portières des Dieux, twee portretten in tapisserie van de Franse koningen Hendrik IV en Lodewijk XVI, verschillende Savonnerie tapijten en een collectie Sèvres porselein.3 Hiervan bevindt zich ook het geweven portret van koning Hendrik IV in Huis Doorn.4
Op 3 oktober 1784 wordt in het overzicht van de schenking aan prins Hendrik van Pruisen van de objecten uit de manufacturen van de Gobelins en de Savonnerie de meubeltapisserie omschreven als: 'Un meuble consistant en 12 fauteuils et deux canapés, fond blanc'.5 Vervolgens werd op 28 oktober 1784 bij een apart overzicht van de geschenken in tapisserie over het ameublement genoteerd dat het later gegeven zou worden omdat het op dat moment nog niet klaar was: 'Le canapé et les fauteuils à ajouter s'ils etaient prêts'.6 Op 31 juli 1785 werd uiteindelijk het ameublement van twaalf armstoelen en twee canapés met bloemen op een wit fond (‘un meuble en fleurs, fond de soie blanche, composée de douze fauteuils et deux canapés’) afgeleverd bij prins Hendrik in Berlijn.7 Daar de tapisserie van cat. 96-a-d eveneens voorzien is van bloemen op een wit fond, in de stijl van meubeltapisserie die in die periode door de Manufactures des Gobelins werd vervaardigd, is het aannemelijk dat deze tot dit geschenk van Lodewijk XVI aan prins Hendrik van Pruisen in 1785 behoorden.
In de literatuur is ook wel verondersteld dat cat. 96-a-d onderdeel waren van een ander diplomatiek geschenk aan prins Hendrik van Pruisen, namelijk dat van de Russische keizerin Catharina de Grote (1729-1796) bij zijn bezoeken aan Sint-Petersburg in 1770-1771 en 1776.8 Hierbij hoorde ook een ameublement door de keizerlijke manufactuur van wandtapijten te Sint-Petersburg, maar dit zag er anders uit dan cat. 96-a-d, zoals blijkt uit een beschrijving uit 1786 door Friedrich Nicolai in zijn gids van Berlijn en Potsdam toen dat ameublement zich bevond in de kleine audiëntiezaal van het Berlijnse Paleis Unter den Linden van prins Hendrik: 'Die Tapezierung der Stühle ist in Gold, Silber und Seide gewirkt, aus der Petersburger Manufaktur, und stellet die verschiedenen Kostume der Nationen, die dem Russischen Scepter unterworfen sind, vor. Sie sind ein Geschenk der Grossen Katharina.'9 Dit ameublement was al aan het einde van de negentiende eeuw niet meer overgeleverd.10 Daar er ook van de keizerlijke manufactuur in Sint-Petersburg niet bekend is dat er meubeltapisserie met bloemdecoraties werd vervaardigd, is het toch het meest waarschijnlijk dat cat. 96-a-d deel uitmaakten van het in 1785 door de Manufacture des Gobelins in Parijs geweven ameublement voor prins Hendrik van Pruisen.
Cat. 96-a-d zijn nog het meest verwant aan de door de Manufacture des Gobelins vervaardigde meubeltapisserie met bloemboeketten op de ruggen en arrangementen van bloemen op de zittingen tegen een achtergrond van een, vaak karmozijnrood, imitatie damastpatroon. Deze werden in de periode rond 1760-1786 geweven naar ontwerpen van de kunstenaars Maurice Jacques (1712-1784) enLouis Tessier (1719-1781).11 Van de hand van Tessier zijn alle bekende ontwerpen voor armstoelen, terwijl Jacques die voor de canapés maakte.12
De bloempatronen van cat. 96-a-d zijn echter geplaatst op een effen witte achtergrond en iets minder geraffineerd en verfijnd weergegeven dan die naar de ontwerpen van Jacques en Tessier. Mogelijk komt dit laatste deels doordat het weefsel van cat. 96-a-d met zeven kettingdraden per centimeter minder fijn is dan van de bekende exemplaren met een damasten fond, zoals een ameublement van het Rijksmuseum in Amsterdam dat tien kettingdraden per centimeter heeft.13
De iets mindere kwaliteit van cat. 96-a-d is mogelijk tevens te verklaren doordat het ameublement uit het geschenk van door de Manufacture des Gobelins vervaardigde tapisserie voor prins Hendrik van Pruisen werd geproduceerd in 1785, toen zowel Tessier als Jacques reeds waren overleden. Het lijkt erop dat omdat beide ontwerpers niet meer beschikbaar waren, men door een onbekende ontwerper kartons heeft laten vervaardigen die weliswaar sterk verwant waren aan het werk van Tessier en Jacques, maar toch net iets minder verfijnd en sprankelend. Pas in 1786 zou de ontwerper Laurent Malaine (1745-1809) voor de Manufacture des Gobelins nieuwe ontwerpen voor meubeltapisserie met bloemdecoraties gaan maken, veel met manden met bloemen, en dus anders dan die van cat. 96-a-d.14
In de periode 1781-1787 is de uitvoering door de Manufacture des Gobelins gedocumenteerd van meerdere ameublementen in tapisserie met bloemen op een wit fond.15 Evenals dat voor prins Hendrik van Pruisen betroffen dit regelmatig diplomatieke geschenken. De eigentijdse beschrijvingen zijn echter te summier om het uiterlijk ervan exact te kunnen bepalen.16
Conditie:
Redelijk. Met slijtage op meerdere plaatsen en, vooral op de zitting van cat. 96-b, gebieden met losliggende kettingdraden.
Cat. 96-a
wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem Paris (city) 1785
Vergulde houten armstoel met bekleding in tapisserie met gestrikte bloemboeketten en arrangementen van bloemen, 1785
Doorn (Utrecht), Kasteel Huis Doorn, inv./cat.nr. HuD 000085
Cat. 96-b
wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem Paris (city) 1785
Vergulde houten armstoel met bekleding in tapisserie met gestrikte bloemboeketten en arrangementen van bloemen, 1785
Doorn (Utrecht), Kasteel Huis Doorn, inv./cat.nr. HuD 000086
Cat. 96-c
wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem Paris (city) 1785
Vergulde houten armstoel met bekleding in tapisserie met gestrikte bloemboeketten en arrangementen van bloemen, 1785
Doorn (Utrecht), Kasteel Huis Doorn, inv./cat.nr. HuD 000087
Cat. 96-d
wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem Paris (city) 1785
Vergulde houten armstoel met bekleding in tapisserie met gestrikte bloemboeketten en arrangementen van bloemen, 1785
Doorn (Utrecht), Kasteel Huis Doorn, inv./cat.nr. HuD 02016
Notes
1 Evers 2002, pp. 458, 461, noot 29.
2 Cat. tent. Berlijn 1991, cat. 163; Cat. tent. Rheinsberg 2002, cat. VII. 65 en VII. 66; Evers 2002, pp. 458, 461, noot 29.
3 Seidel 1892, pp. 59-60; Fenaille 1907, IV, p. 288; Evers 2002, pp. 455-461. Twee wandtapijten uit de Tenture de Boucher, met Amors in medaillons, behorende bij het geschenk aan prins Hendrik bevinden zich tegenwoordig in het Rijksmuseum in Amsterdam. Zie Hartkamp-Jonxis, Smit 2004, cat. 111a-b.
4 Zie verder bij cat. 97, Huis Doorn.
5 Geciteerd in Evers 2002, p. 455.
6 Geciteerd in Fenaille 1907, IV, p. 288.
7 Fenaille 1907, IV, p. 409; Evers 2002, p. 458; Mertens 2008, p. 283.
8 Zie Cat. tent. Berlijn 1991, cat. 163; Cat. tent. Rheinsberg 2002, cat. VII. 65-66.
9 Geciteerd in Evers 2002, p. 460.
10 Seidel 1892, p. 58.
11 Zie hierover onder meer Standen 1964, pp. 53-57; Standen 1985, cat. 57; Hartkamp-Jonxis, Smit 2004, cat. 122; Mertens 2008, pp. 283-289; Vittet 2014, pp. 335-336.
12 Vittet 2014, pp. 335, 342, afb. 245-246.
13 Voor het ameublement van het Rijksmuseum, zie Hartkamp-Jonxis, Smit 2004, cat. 122a-g.
14 Vittet 2014, pp. 336, 352-353, afb. 256-261.
15 Fenaille 1907, IV, p. 409; Standen 1985, p. 404; Mertens 2008, pp. 282-283.
16 Mertens 2008, p. 282.