Corpus Wandtapijten in Nederland

RKD STUDIES

47. Achilles vertoornd op Agamemnon, uit een reeks met de Geschiedenis van Achilles


Beschrijving:
Op zijn troon, in het midden van de voorstelling, zit koning Agamemnon, opperbevelhebber van de Grieken. Hij is gekleed in een bruine mantel over een blauw kleed. Hij steunt zijn handen op de leeuwen aan de voorzijde van de troon en buigt zich met een gespannen, boze blik voorover naar Achilles, die links van de troon staat. Achilles, met een bruin met rode mantel over zijn schouders, houdt de hand aan zijn zwaard. Hij kijkt vertoornd en verschrikt om naar de godin Athena die in een wolk achter hem zweeft en hem aan zijn haar trekt. Rechts staan drie mannen op de treden van de troon, waaronder de kale Nestor die zijn hand legt op Agamemnons arm. Op de voorgrond staat een hazewindhond die zijn kop naar Achilles wendt. Boven en achter de troon hangt een geplooid gordijn. Rechts is een stuk van een tentdoek zichtbaar dat met lijnen strak is gespannen.

Het wandtapijt heeft rondom boorden, waarvan verschillende elementen het kader van de hoofdvoorstelling doorbreken. In de zijboorden staan hermen - links een lachende man en rechts een vrouw - waarvan de bovenlichamen eindigen in rolwerkschilden met daaronder twee in elkaar verstrengelde vissenstaarten. Op hun hoofden rust een Ionisch kapiteel. Beiden wijzen met de ene hand naar de hoofdvoorstelling en houden met hun andere hand stofrepen vast waaraan festoenen van bladeren, vruchten en enkele bloemen naar beneden afhangen. De festoenen lopen langs putti in de hoeken naar een kwabachtige cartouche midden in de onderboord. Geheel linksonder zit een aap, geheel rechtsonder zijn de kop en voorpoten van een hond te zien. In de bovenhoeken zitten putti die festoenen aan stofrepen vasthouden. Linksboven eet een papegaai van een druiventros en rechtsboven is nog een aap zichtbaar. In de bovenboord hangen putti over festoenen, aan weerszijden van een lege cartouche in het midden. Langs de buitenzijde van de boorden loopt een eierlijst en aan de binnenzijde van de onderboord een randje met een kraalmotief. In de blauwe stootboord onderaan is links van de cartouche het stadsmerk van Brussel en rechts de signatuur IAN RAES ingeweven.

Commentaar:
Dit wandtapijt met Achilles vertoornd op Agamemnon is het vijfde in de beroemde reeks van acht wandtapijten met de Geschiedenis van Achilles, met taferelen uit het leven van de Griekse held uit de Trojaanse oorlog, naar ontwerpen van Peter Paul Rubens.1 Afgebeeld is een scène uit de Ilias van Homerus (I, 188-305). De Griekse koning Agamemnon had, om een eind te maken aan de pest, zijn slavin Chryseïs, die hij als krijgsbuit had ontvangen, terug moeten geven aan haar vader, de priester van Apollo. Daarop eigende Agamemnon zich de jonge vrouw Briseïs toe die Achilles bij het verdelen van de krijgsbuit had gekregen. Op cat. 47 is het moment te zien waarop de godin Athena de woedende Achilles tegenhoudt als die in reactie hierop zijn zwaard tegen Agamemnon trekt. In plaats van Agamemnon te doden, trekt Achilles zich nu terug uit de strijd tegen de Trojanen - wat betekent dat de Grieken het zonder hun belangrijkste held moeten stellen - totdat hem gerechtigheid zal worden gedaan met de teruggave van Briseïs.

De andere voorstellingen van deze reeks zijn: Thetis dompelt Achilles in de Styx, De centaur Chiron onderricht de jeugdige Achilles, Achilles temidden van de dochters van Lykomedes, Thetis ontvangt van Vulcanus de wapenrusting voor Achilles, De terugkomst van Briseïs, Achilles doodt Hector en De dood van Achilles. Na het overlijden van Rubens in 1640 maakte Jacob Jordaens nog drie aanvullende ontwerpen: Thetis leidt Achilles naar het orakel, Het huwelijk van Peleus en Thetis en De jonge Achilles en Pan.2

Deze vierde en tevens laatste door Rubens ontworpen wandtapijtreeks was de eerste die in zijn geheel was gewijd aan het leven van Achilles. Tot dan toe maakten Achillesvoorstellingen steeds onderdeel uit van reeksen over de Trojaanse oorlog. De nadruk in de door Rubens gekozen voorstellingen ligt op het menselijke aspect van de held Achilles, de macht van de liefde en de onafwendbaarheid van het lot en minder op zijn heldendaden. Rubens maakte voor zijn ontwerpen gebruik van verschillende bronnen. Voor de voorstelling van cat. 47 heeft hij de tekst van Homerus - waar dit verhaal het eerste is waarin Achilles voorkomt - bijna letterlijk gevolgd.3 De jeugd en de dood van Achilles werden echter niet door Homerus beschreven.4

Rubens' ontwerpschets in olieverf op paneel van circa 45 centimeter hoog, aangeduid met 'bozzetto', voor Achilles vertoornd op Agamemnon is in het Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam.5 Hier bevinden zich ook zes andere bozzetti voor de Achillesreeks. De achtste is in het Detroit Institute of Arts.6 Rubens hield bij het maken van de ontwerpschetsen al rekening met de uitvoering van de wandtapijten op basselisse getouwen, waarbij men werkt aan de achterzijde van het weefsel en er dus een omkering van de voorstelling plaatsvindt: alle figuren zijn op de schetsen linkshandig, wat op de wandtapijten correct rechtshandig wordt. De voorstelling op cat. 47 verschilt in enkele opzichten van de bozzetto. Zo is de voor de troon liggende, geketende leeuw van het ontwerp - zinnebeeldig voor de ingehouden toorn van Achilles - op het wandtapijt vervangen door een hazewindhond. Ook zijn de hermen aan de zijkanten op de bozzetto, een oude vrouw, de Tweedracht, en een oude man, de Blinde Woede, op cat. 47 vervangen door jongere exemplaren, waarvan de man lacht. Op de schets vormen de boorden een eenheid met de voorstelling, terwijl op cat. 47 de boorden meer traditioneel zijn opgevat als een omlijsting, waarbij de hermen en de guirlandes tegen een strakke achtergrond zijn geplaatst die ze van de middenscène afscheidt.

Na de olieverfschetsen werden er door Rubens en zijn assistenten meer uitgewerkte 'modelli' gemaakt, die 2 1/2 keer zo groot zijn. Ook deze zijn nog bewaard gebleven.7 De modello van Achilles vertoornd op Agamemnon is in de Courtauld Institute Galleries (Princes Gate Collection) te Londen.8 De kartons op papier, de voorbeelden op ware grootte voor de wevers, zijn niet overgeleverd. De laatst bekende vermelding ervan dateert van 1685 toen de helft van de kartons en de modelli - waarbij zich ook die van Achilles vertoornd op Agamemnon moeten hebben bevonden - in bezit was van de tapissiersfamilie Van Leefdael.9

Aangenomen wordt dat de reeks wandtapijten met de Geschiedenis van Achilles door Rubens werd ontworpen voor de Antwerpse tapijthandelaar Daniël Fourment, zijn schoonvader, omdat deze bij zijn overlijden in 1643 de bozzetti voor deze reeks bezat en de handelsvennootschap van diens zoon Peter Fourment de modelli en de kartons ervan verkocht in 1653.10

Uit recent archiefonderzoek met betrekking tot de tapissiersfamilie Raes, gepubliceerd door Koenraad Brosens, kan worden geconcludeerd dat Rubens de ontwerpen voor de Achillesreeks waarschijnlijk omstreeks 1638-1639 vervaardigde en niet tussen 1630 en 1635 zoals daarvoor bij gebrek aan documenten over het ontstaan van deze ontwerpen steeds werd verondersteld.11 Zo is de editie van de Achillesreeks die van de nu bekende uitvoeringen het dichtst bij de schetsen en modelli staat en daarom de editio princeps of in elk geval één van de eerste uitvoeringen van de reeks zal zijn, voorzien van de ingeweven signatuur van Daniël I Eggermans (geboren circa 1580, werkzaam als tapissier vanaf 1631 en overleden vóór 27 november 1642) uit Brussel.12 Het exemplaar van Achilles vertoornd op Agamemnon uit die reeks is sinds 2004 in bezit van Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam.13 Uit het onderzoek van Brosens is naar voren gekomen dat Eggermans deze reeks uitvoerde nadat hij in 1639 de leiding had gekregen over de belangrijke Brusselse werkplaats van de familie Raes na het overlijden van Jan II Raes (1602-1639), die - ter onderscheiding van zijn gelijknamige vader - ondertekende met de signatuur Jean Raes le Jeune. Deze laatste verkreeg privilege in Brussel in 1629 en nam toen de leiding van de familiewerkplaats over van zijn vader Jan I Raes (1574-1651), die zich toen voornamelijk wijdde aan zijn functies in het Brusselse stadsbestuur.14 Het feit dat de Raes werkplaats ook daarvoor reeds, in samenwerking met de werkplaats van de familie Geubels, de eerste uitvoering deed van alle verdere in Brussel uitgevoerde tapijtreeksen naar ontwerpen van Rubens, de Geschiedenis van Decius Mus en de Triomf van de Eucharistie, maakt het ook zeer aannemelijk dat de Geschiedenis van Achilles eveneens als eerste daar zou worden geweven.15 Na het overlijden van Daniël I Eggermans, vóór november 1642, kwam de leiding van de Raes werkplaats weer in handen van Jan I Raes, die al in oktober 1642 een opdracht aannam tot de uitvoering van een reeks van twaalf wandtapijten met de Geschiedenis van Achilles.16

Ook het gegeven dat Jacob Jordaens omstreeks 1640-1641 enkele aanvullende ontwerpen maakte voor de Achillesreeks van zijn collega Rubens wordt beter begrijpelijk bij de waarschijnlijke datering van de ontwerpen van Rubens in 1638-1639, kort voor diens overlijden in mei 1640.17

De signatuur IAN RAES op cat. 47 wijst op een vervaardiging door Jan I Raes, die de werkplaats nog leidde tot aan zijn overlijden in 1651. Hierna zal de leiding van de werkplaats zijn overgenomen door zijn zoon François Raes (1607- gedocumenteerd tot 1658), maar mogelijk verloor deze hier al snel daarna de interesse in.18 Zo werden in 1653 de kartons van de Achillesreeks verkocht en vóór 1658 had hij de familiewerkplaats gesloten.19 Vanaf 1653 waren de kartons van de Achillesreeks in bezit van de samenwerkende Brusselse werkplaatsen van Jan van Leefdael en Geraert van der Strecken.20

De opdrachtgever of besteller van cat. 47 is onbekend. Ook zijn er geen andere wandtapijten met dezelfde boorden bekend die een reeks met cat. 47 zouden kunnen vormen.21

Vanwege de dramatiek ervan was Achilles vertoornd op Agamemnon waarschijnlijk de populairste voorstelling van de reeks. Er zijn naast cat. 47 zeker nog twaalf andere exemplaren van bekend, uitgevoerd door verschillende Brusselse werkplaatsen (Daniël I Eggermans, Jan I Raes, Jan van Leefdael, Geraert van der Strecken en Willem van Leefdael) in de periode circa 1639-1685, terwijl er van de andere voorstellingen slechts drie tot vijf en op zijn hoogst zeven exemplaren bekend zijn.22 Van Achilles vertoornd op Agamemnon is nog één ander exemplaar door Jan I Raes bekend. Het is voorzien van dezelfde boorden als cat. 47 en behoort tot een reeks van vijf wandtapijten, waaronder één naar ontwerp van Jordaens, in de kathedraal van Santiago de Compostela.23 De meeste overgeleverde exemplaren van Achilles vertoornd op Agamemnon zijn tussen 1653 en 1665 geweven door het samenwerkingsverband van Jan van Leefdael en Geraert van der Strecken.24

Conditie:
Redelijk. Enige lacunes kregen in het verleden een conserverende behandeling, waarbij ze werden vastgezet op een linnen voering.

Cat. 47
wandtapijtweverij van Jan Raes (I) naar ontwerp van Peter Paul Rubens
Achilles vertoornd op Agamemnon, ca. 1642-1651
Arnhem, Museum Arnhem, inv./cat.nr. GM 10959


Notes

1 Zie hierover vooral: Haverkamp Begemann 1975. Voor de meest recente gegevens en literatuur: Janssen 1997, pp. 106-125; Cat. tent. Rotterdam 2003; Healy 2003; Brosens 2010. Zie ook bij cat. 172, Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam.

2 Haverkamp Begemann 1975, pp. 77-80. Soms werden twee van deze onderwerpen samen op een wandtapijt voorgesteld.

3 Haverkamp Begemann 1975, pp. 28, 118; Cat. tent. Rotterdam 2003, p. 98.

4 Haverkamp Begemann 1975, pp. 20-36.

5 Inv. 1760b. Haverkamp Begemann 1975, cat. 5a, afb. 44, 46, 48; Cat. tent. Rotterdam 1983, cat. 10; Cat. tent. Rotterdam 1990, cat. 29; Janssen 1997, cat. 15a, met kl. afb.; Cat. tent. Rotterdam 2003, pp. 96, 99 (kl. afb), cat. 4A; Lammertse, Vergara 2018, nr. 46.

6 Haverkamp Begemann 1975, pp. 42-56; Cat. tent. Rotterdam 1983, pp. 53-69; Cat. tent. Rotterdam 1990, cat. 26-32.

7 Verschillende hiervan bevinden zich in het Prado te Madrid. Haverkamp Begemann 1975, pp. 57-66; Cat. tent. Rotterdam 2003, pp. 57-145 (catalogusdeel).

8 Haverkamp Begemann 1975, pp. 121-122, cat. 5b, afb. 45, 47, 49; Cat. tent. Rotterdam 1990, p. 107; Cat. tent. Rotterdam 2003, pp. 97, 103 (kl. afb.), cat. 4B.

9 Cat. tent. Rotterdam 2003, pp. 34, 62; Brosens 2004, pp. 174, 198, doc. 14. Volgens een achttiende-eeuwse bron gingen de kartons verloren bij een schipbreuk toen ze naar Spanje werden vervoerd voor de Graaf van Monterey (1649-1712) die in 1670-1675 landvoogd over de Zuidelijke Nederlanden was. Mogelijk betrof dat toen echter de kartons van een reeks met de Geschiedenis van Odysseus. Zie Haverkamp Begemann 1975, pp. 69-70; Cat. tent. Rotterdam 2003, p. 62, noot 21; Delmarcel 2003, p. 43, noot 6.

10 Duverger 1971, pp. 150, 157-159; Haverkamp Begemann 1975, pp. 46-47, 61-62; Janssen 1997, p. 111; Delmarcel 2003, p. 33.

11 Zie Brosens 2010, p. 28. In Brosens 2010 wordt de stamboom van de familie Raes met behulp van archiefonderzoek verhelderd. Hieruit blijkt ook dat er geen tapissier Jan III Raes is geweest, zoals eerder wel werd verondersteld.

12 Over Daniël I Eggermans zie vooral Brosens 2007d, pp. 380, 382; Brosens 2010, p. 26.

13 Tot 1931 was deze reeks van acht wandtapijten nog bij elkaar. Vier van deze wandtapijten zijn sinds 1954 in bezit van de Fundaçao da Casa de Bragança en hangen in het Palaçio Duçal te Vila Viçosa in Portugal. De Centaur Chiron onderricht de jeugdige Achilles van deze reeks bevindt zich in een particuliere collectie te Parijs. Thetis dompelt Achilles in de Styx en Achilles doodt Hector werden samen geveild bij Hotel Drouot, Parijs, 19-21 januari 1970. De huidige verblijfplaats ervan is onbekend. Zie tevens bij cat. 172, Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam.

14 Jan I Raes was in Brussel onder meer burgemeester in 1623, 1633 en 1634. Zie Brosens 2010, p. 24.

15 Zie Delmarcel 2003, p. 35; Brosens 2010, pp. 24-25. Over de Geschiedenis van Decius Mus zie ook cat. 200-a-f, De Wiersse, Vorden.

16 Haverkamp Begemann 1975, pp. 82-83; Delmarcel 2003, p. 36; Brosens 2010, p. 26.

17 Zie Brosens 2010, p. 28.

18 Twee door François Raes uitgevoerde wandtapijten uit een reeks met de Geschiedenis van Achilles van het Palazzo Reale in Turijn zullen uit circa 1651-1653 dateren. Over deze wandtapijten zie Haverkamp Begemann 1975, p. 87; Delmarcel 1999, p. 368.

19 Brosens 2010, pp. 27-28. Na het overlijden van Daniël I Eggermans in 1642 werd ook Peter Raes (1609- gedocumenteerd tot 1649), een andere zoon van Jan I Raes, vermeld als tapissier, maar er is verder niets bekend over door hem vervaardigde wandtapijten.

20 De aankoop ervan werd voor een derde gefinancierd door de Antwerpse koopman Hendrik Lenaerts, die daardoor ook een aandeel kreeg in de winst van elk ernaar uitgevoerd wandtapijt. Zie Delmarcel 2003, p. 33.

21 Haverkamp Begemann 1975, p. 117. Voor een andere reeks gesigneerd door Jan I Raes met dezelfde boorden als cat. 47, in Santiago de Compostela, zie hieronder.

22 Buiten de exemplaren van Achilles vertoornd op Agamemnon en de verblijfplaatsen ervan vermeld in Cavallo 1967, p. 128; Haverkamp-Begemann 1975, pp. 81-90, 117 en Janssen 1997, pp. 114-116, noot 23, zijn er nog twee ongesigneerde exemplaren bekend van veilingen: Veiling Londen, Christie, Manson & Woods, 14 juli 1983, nr. 209 en Veiling Parijs, Hubert Le Blanc, 26 mei 1989, nr. 123.

23 Haverkamp Begemann 1975, p. 87. Voor het wandtapijt naar ontwerp van Jordaens uit deze reeks, De jonge Achilles en Pan, zie: Crick-Kuntziger 1934b, p. 70, afb. 12; Haverkamp Begemann 1975, afb. 87.

24 Er bevindt zich onder andere een door Jan van Leefdael gesigneerd exemplaar, dat dichter bij de ontwerpschets staat dan cat. 47, in het Museum of Fine Arts in Boston. Cavallo 1967, cat. 36, pl. 36. Een exemplaar van Achilles vertoornd op Agamemnon met een meer met die van cat. 47 vergelijkbare voorstelling, dat zich bevindt in de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis te Brussel als onderdeel van een reeks van vijf wandtapijten, toegeschreven aan François Raes, is vanwege het in de boorden ingeweven wapen van de in Antwerpen wonende Milanese koopman Jacques Antoine Carenna uit de periode 1656-1669, mogelijk eveneens het werk van het samenwerkingsverband Van Leefdael en Van der Strecken, dat vanaf 1653 de kartons bezat van de Achillesreeks. Zie Crick-Kuntziger 1934a, pp. 10-12; Crick-Kuntziger 1956, cat. 62-66; Bauer, Delmarcel 1977, cat. 33-37; Janssen 1997, cat. 15b; Delmarcel, De Meûter 2023, cat. 53.3.

Cookies disclaimer

While surfing the internet, your preferences are remembered by cookies. Cookies are small text files placed on a pc, tablet or cell phone each time you open a webpage. Cookies are used to improve your user experience by anonymously monitoring web visits. By browsing this website, you agree to the placement of cookies.
I agree