Corpus Wandtapijten in Nederland

RKD STUDIES

33. Ensemble van Tebakleed, Seferdekje en Lambrequin


Beschrijving:
Tebakleed, cat. 33-a: het middenveld heeft tegen een wolkenlucht in het midden een grote witte schelpvorm met daarop verschillende bloemen en vruchten. In de hoeken onder het centrale schelpmotief bevinden zich korenaren, vruchten, lelies, vlinders, links een duif en rechts een pauw en ornamenten van bladwerk; de laatste eveneens midden boven en onder de schelpvorm. De boorden hebben aan binnen- en buitenzijde smalle randen met een imitatie van gesneden houten lijstwerk; daarbinnen bloemen, grote bladeren, vruchten en vogels, met op de hoeken weer een schelpmotief.

Seferdekje, cat. 33-b: herhaling van de voorstelling in het midden van het tebakleed.

Lambrequin, cat. 33-c: langs de buitenzijde lopen smalle randen met een imitatie van gesneden houten lijstwerk, met onderaan schelpvormen en bladwerk en in het midden voluten; daarbinnen ruitwerk met rozetten in blauw en wit, schelpvormen, een mand met vruchten, drie vogels, bloemguirlandes en gestrikte linten. Vanaf de onderzijde in het midden hangt een kwast af.

Commentaar:
Dit ensemble van tebakleed, seferdekje en lambrequin (kort gordijn of draperie) werd gebruikt in de synagoge.1

Het tebakleed en het seferdekje werden over en op de teba gelegd. De teba is de grote lessenaar op het podium, eveneens teba genoemd, waar vandaan de Tora, die de eerste vijf boeken van de Bijbel bevat, wordt voorgelezen.2 Het seferdekje, ook wel presidentskleedje of subirkleedje genoemd, dient om de tekst van de Tora af te dekken als tussen de verschillende afdelingen van de eredienst daaruit niet wordt voorgelezen.3 Het tebakleed, cat. 33-a, heeft op de hoeken van het middenveld gaten die met leer zijn verstevigd. Hierin kunnen metalen knoppen worden geplaatst om het kleed vast te zetten op de hoeken van de teba en 's avonds of op feestdagen kandelaars.4

De lambrequin werd in Sefardische, Portugees-joodse synagoges gehangen achter de deuren van de kast: de hechal, Heilige Ark, waarin de Torarollen worden opgeborgen. In Asjkenazische, Duits-joodse synagoges is in plaats daarvan een parochet of voorhangsel aan de voorzijde van de Heilige Ark gebruikelijk.

Het ensemble cat. 33-a-c is afkomstig van de Portugees-Israëlietische Gemeente in Den Haag. Aangezien de maten ervan precies overeenkomen met die van de oorspronkelijke achttiende-eeuwse teba en hechal van de Portugese synagoge aan de Prinsessegracht in Den Haag, die werd gebouwd in 1725-1726, zullen cat. 33-a-c speciaal hiervoor zijn gemaakt, waarschijnlijk in opdracht van een welgesteld gemeentelid.5

De op de tapisserie voorgestelde elementen als vruchten en korenaren verwijzen naar overvloed en voorspoed, misschien ook naar het beloofde land Israël, land van melk en honing.

Cat. 33-a-c zijn ontstaan in Frankrijk, maar het is niet te zeggen of ze werden geweven door de Manufacture des Gobelins of de Manufacture royale de Beauvais. Van Beauvais is meer toegepaste tapisserie bekend dan van de Gobelins, maar het is ook mogelijk dat ze werden gemaakt op een van de privé werkplaatsen van wevers van de Gobelins, die zich vooral op kleinere objecten toelegden.

Op basis van het type schelpvorm dat op cat. 33-a-c voorkomt, een jakobsschelp met los golvende randen, dat in Frankrijk alleen werd toegepast omstreeks 1730-1735, is dit ensemble ook in die jaren te dateren. Mogelijk verwijst de grote witte schelpvorm in het midden van het tebakleed en het seferdekje naar een schaal in de vorm van een schelp zoals een exemplaar uit 1730-1735 dat wordt toegeschreven aan de kunstenaar Juste-Aurèle Meissonnier (1695-1750).6

Er zijn geen andere ensembles van tebakleden, seferdekjes en lambrequins in tapisserie bekend.

Conditie:
Goed.

Cat. 33
wandtapijtweverij van Manufacture De Beauvais of wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem France ca. 1730-1735
Biemakleed, ca. 1730-1735
Amsterdam, Joods Historisch Museum, inv./cat.nr. MB00067-a


Cat. 33
wandtapijtweverij van Manufacture De Beauvais of wandtapijtweverij van Manufacture des Gobelins naar ontwerp van Anoniem France ca. 1730-1735
Seferdek, ca. 1730-1735
Amsterdam, Joods Historisch Museum, inv./cat.nr. MB00067-c


Notes

1 De Engelse termen zijn: 'Tevah cover, Torah cover, valance'. Zie Swetschinski 1997, p. 56.

2 Teba is de term die wordt gebruikt door de Sefardische, Portugese Joden. Door de Asjkenazische, Duitse Joden wordt het almemmer genoemd. In het Hebreeuws heet het bima of biema. Voor de verklaring van de termen is gebruik gemaakt van: Hiegentlich, Van het Hoofd, Levie 1996, pp. 77-78; Swetschinski 1997, pp. 224-226; Knotter 2013, p. 163; Knotter, Koldeweij 2013, pp. 141-143; Vlaardingerbroek 2013, p. 204.

3 Zie Knotter 2013, pp. 163, 164, afb. 175; Vlaardingerbroek 2013, p. 204.

4 Zie Knotter 2013, p. 163.

5 Zie Swetschinski 1997, p. 234. Over de geschiedenis van de Portugese synagoge in Den Haag, zie Vlaardingerbroek 2013, pp. 30-31. In het midden van de jaren vijftig van de twintigste eeuw werd het gebouw verkocht en werden cat. 33-a-c in bruikleen gegeven aan het Joods Historisch Museum in Amsterdam. Sinds 1972 is het gebouw weer in gebruik als synagoge.

6 Fuhring 1999, 2, cat. 41.1, p. 207, afb.

Cookies disclaimer

While surfing the internet, your preferences are remembered by cookies. Cookies are small text files placed on a pc, tablet or cell phone each time you open a webpage. Cookies are used to improve your user experience by anonymously monitoring web visits. By browsing this website, you agree to the placement of cookies.
I agree